Hersenziekte

Hogere Bloeddruk kan Leiden tot Hersenkrimp

Het is duidelijk dat verharding van de slagaders in onze hersenen en cognitieve achteruitgang hand in hand gaan. Iets wat ik al eerder heb besproken.

Echter, de onafhankelijke associatie van de ziekte van Alzheimer met meerdere atherosclerotische vaatziekte-risicofactoren suggereert dat cholesterol niet de enige schuldige is aan dementie.

Een van de meest consistente bevindingen zijn verhoogde bloeddrukniveaus op middelbare leeftijd, wat betekent dat de leeftijd 40 tot 60, in verband wordt gebracht met een verhoogd risico van cognitieve stoornissen en van de ziekte van Alzheimer op latere leeftijd.

In feite, meer nog dan het zogenaamde Alzheimer-gen. De normale arteriële boom, de bloedvaten in de hersenen, is uitgevoerd als zowel een leiding en een kussen.

Maar wanneer de vaatwanden verstijfd raken, elke keer dat ons hart bloed pompt tot in onze hersenen, kan de druk van de hartslag kleine bloedvaten beschadigen in onze hersenen.

Dit kan leiden tot wat men microbloedingen noemt, in onze hersenen, die vaak gevonden worden bij mensen met hoge bloeddruk, zelfs als ze nog nooit zijn gediagnosticeerd met een beroerte.

Deze microbloedingen kunnen een van de belangrijke factoren zijn die cognitieve beperkingen veroorzaken, misschien niet verrassend, want bij autopsie kunnen microbloedingen worden geassocieerd met hersenweefselnecrose, wat zoveel betekent als dood hersenweefsel.

En, sprekend van dood weefsel, hoge bloeddruk wordt ook geassocieerd met zogenoemde lacunaire infarcten, van het Latijnse woord lacune, wat leemte betekent. Dit zijn gaten in de hersenen die verschijnen wanneer kleine slagaders verstopt raken in onze hersenen en ze resulteren in de dood van een klein rond gebied in de hersenen.

Tot een kwart van de ouderen heeft deze kleine miniberoertes en de meeste weten het niet eens, de zogenaamde stille infarcten, maar zwarte gaten in de hersenen zijn nooit goedaardig.

Dit is hoe ze eruit zien - het is alsof je hersenen geperforeerd zijn geweest. Ofschoon bij stille infarcten, per definitie, openlijke beroerte-achtige symptomen ontbreken, worden ze geassocieerd met subtiele tekorten in fysieke en cognitieve functie die vaak onopgemerkt blijven. En ze kunnen het risico van dementie verdubbelen.

Dat is een van de manieren waarop hoge bloeddruk is gekoppeld aan dementie. Zoveel schade dat hoge bloeddruk kan leiden tot volumereductie van de hersenen, letterlijk hersenkrimp, specifiek in de hippocampus, het geheugencentrum van de hersenen.

Dit helpt verklaren hoe hoge bloeddruk mee kan doen bij de ontwikkeling van de ziekte van Alzheimer. Men kan eigenlijk de kleine bloedvaten in de achterkant van de ogen visualiseren, met behulp van een oftalmoscoop, die een noninvasief venster geeft, om de gezondheid van iemands intracraniële slagaders te bestuderen; de kleine schepen in ons hoofd.

De onderzoekers vonden een significante associatie tussen arterieel vaatlijden en hersenkrimp op de MRI. Maar, dit was een correlationele studie, slechts een momentopname; dus je kunt geen oorzaak en gevolg aantonen.

Wat je nodig hebt is een prospectieve studie, die personen langere tijd volgt; en ja, dat is wat ze deden.

Over een periode van 10 jaar, hadden degenen met tekenen van vaatziekten twee keer zoveel kans om een aanzienlijk verlies te lijden van hun hoeveelheid hersenweefsel.

Verstopt Kokosolie de Slagaders?

Zelfs als er geen wetenschappalijk bewijs is, waarom zou je niet tenminste proberen om Alzheimer te behandelen met kokosolie?

Nou, in tegenstelling tot andere natuurlijke remedieën zoals saffraan, dat in staat was om beter te presteren dan het placebo en ook net zo goed leek te werken als het beste medicijn zonder de bijwerkingen, is kokosolie een van de zeldzame plantaardige bronnen van verzadigd vet, dat normaal alleen te vinden is in dieren, en dat de neiging heeft om LDL of slecht cholesterol te verhogen, de belangrijkste risicofactor voor onze nummer één doodsoorzaak: hartziekte.

Dus, ik bedoel, je wilt gedurende een paar dagen kokosolie geven aan iemand die de ziekte van Alzheimer heeft om te kijken of het een verschil uitmaakt? Prima! God, ik zou bijna alles proberen. Maar als je zoals verwacht geen verbetering ziet, zou ik aarzelen om het iemand op de lange termijn voor te schrijven.

Degenen die kokosolie verkopen zeggen dat je je geen zorgen hoeft te maken omdat kokosolie een verzadigd vet bevat dat geen cholesterol verhoogd. Je hoort hetzelfde van de vleesmensen.

De 'National Cattlemen's Beef Association' heeft het constant over hoe rundvlees verzadigd vet genaamd stearinezuur bevat, in tegenstelling tot die kwaadaardige verzadigde vetten, (palmitine, myristine en laurinezuren) die wel het cholesterolgehalte in het bloed verhogen, is van stearinezuur aangetoond dat het een neutraal effect heeft op het cholesterolgehalte in het bloed.

Nou, dat klopt ook, en rundvlees bevat inderdaad stearinezuur, maar raad eens wat er nog meer in zit? Het heeft twee keer zoveel palmitine en myristine zuren, waarvan ze dus hebben toegegeven dat dat het cholesterol verhoogd.

Het is net alsof Coca Cola zegt dat ze met zekerheid weten dat je niet aankomt door frisdrank doordat cola water bevat, en water heeft een neutraal effect heeft op gewichtstoename. Dat klopt, maar dat is niet het enige dat erin zit.

En hetzelfde geldt voor rundvlees, en hetzelfde met kokosolie. Jaren geleden heb ik dit onderzoek geprofileerd die had aangemerkt dat het cholesterolgehalte een stuk lager was bij een dieet met kokosolie, maar alleen in vergelijking met een boterdieet.

Je weet dat je een probleem hebt als de vergelijking met boter-rijke diëten de enige manier is om je product in een goed daglicht te zetten. Ja, het zorgde ervoor dat het slechte cholesterol omhoog ging, maar niet zo veel als bij boter, maar hoeveel zegt dat nou echt?

Dat was het qua wetenschap in de afgelopen tien jaar, maar vier nieuwe onderzoeken zijn recentelijk gepubliceerd: één bevolkingsonderzoek en drie klinische onderzoeken. Het bevolkingsonderzoek was gericht op Filipijnse vrouwen, en hoewel degenen die het meeste kokosolie aten ook het slechtste cholesterol hadden, hadden degenen die het meeste kokosolie aten ook meer overgewicht, wat alleen al je cholesterol kan verhogen.

Toen het feit dat de kokosolie-eters meer calorieën aten en meer overgewicht hadden, toen dat soortvan weggelaten werd, verloor de verhoging van cholesterol haar statistische significantie. Om daadwerkelijke factoren te controleren moet je het op de proef stellen.

De eerste klinische proef betrof twee eetlepels kokosolie per dag gedurende drie maanden. Het slechte cholesterol ging een beetje omhoog, maar niet aanzienlijk. Gedurende deze periode werd iedere persoon gedwongen om af te vallen door een caloriebeperkt dieet te volgen. Wanneer je afvalt, zou het LDL cholesterol op natuurlijke wijze moeten dalen. Het feit dat dat niet gebeurde, suggereert een nadelig effect van de kokosolie.

Het meest bemoedigende onderzoek was deze: een open-label (niet dubbelblind, geen controlegroep) pilot-onderzoek waarbij twee eetlepels kokosolie per dag gedurende een maand werd toegevoegd aan het normale dieet, verhoogde het cholesterol niet. Wanneer het getest werd in een beter ontworpen onderzoek (gerandomiseerd, cross-over onderzoek), verhoogde kokosolie het slechte cholesterol aanzienlijk.

Vandaar de aanbeveling van Walt Willett van Harvard, "Als je het gaat gebruiken, gebruik het spaarzaam." Kijk, als je zo gezond eet dat je LDL-cholesterol lager is dan 60 of 70, dan is het misschien geen probleem.

In tegenstelling tot verzadigde dierlijke vetten, veroorzaakt kokosolie niet die piek in ontstekingen onmiddellijk na het eten van dierlijke voeding, wat logisch is omdat, zoals je je zult herinneren, de dode bacteriële endotoxinen in dierlijke producten die door verzadigd vet in het lichaam worden meegevoerd, schuldig kunnen zijn.

In dit onderzoek, om een voorbeeld te noemen, werden de effecten van chocoladetaart gemaakt van kokosolie vlaszaadolie of levertraan vergeleken op de effecten op inflammatoire markers. Er was niet veel verandering in de inflammatoire genexpressie bij de kokos- of vlasolie koekjes, maar de levertraan koekjes leken inderdaad slechter te zijn.

Kan Lactose het Verband Tussen Melk en de Ziekte van Parkinson Verklaren?

De ziekte van Parkinson is de tweede meest voorkomende neuro-degeneratieve ziekte na Alzheimer. In de VS worden ongeveer 60.000 nieuwe gevallen gediagnosticeerd elk jaar, waardoor het totale aantal huidige gevallen tot ongeveer een miljoen oploopt, met tienduizenden die er aan sterven, elk jaar.

De voedingskundige component die het vaakst betrokken is, is melk, waarbij verontreiniging van de melk door neurotoxines werd beschouwd als de enige mogelijke verklaring. Hoge niveaus van residuen van het bestrijdingsmiddel organochlorine werden gevonden in melk, en in de meest getroffen gebieden in de hersenen van slachtoffers van de ziekte van Parkinson, tijdens autopsie.

Omdat er overal in de melk pesticiden zijn gevonden, moet de zuivelindustrie misschien verplicht worden om op de aanwezigheid van toxines in melk te testen. En er zijn nu inderdaad goedkope, gevoelige, draagbare testen beschikbaar. Geen vals positieven; geen vals negatieven, het verstrekken van snelle detectie van zeer giftige bestrijdingsmiddelen in melk. Nu hoeven we alleen maar de zuivelindustrie te overtuigen om dit daadwerkelijk te doen.

Anderen zijn echter niet zo overtuigd van het pesticide verband. Ondanks duidelijke associaties tussen inname van melk en de incidentie van de ziekte van Parkinson, is er geen rationele verklaring voor het feit dat melk een risicofactor is voor de ziekte van Parkinson.

Als het de pesticiden in de melk zouden zijn, die in de hersenen konden ophopen, dan konden we aannemen dat de pesticiden in het vet zouden ophopen, en het verband tussen magere melk en Parkinson is net zo sterk.

Dus suggereren ze een omgekeerd verband- de melk veroorzaakte geen Parkinson, Parkinson veroorzaakte de melk. Parkinson maakt sommige mensen depressief, redeneerden ze, en depressieve mensen zouden meer melk kunnen drinken. Dus moeten we zuivelopname voor Parkinson-patienten niet beperken vooral omdat ze zo gevoelig zijn voor heupfracturen, maar nu weten we dat melk niet schijnt te beschermen tegen heupfracturen, en zelfs het risico kan vergroten van zowel botbreuken als de dood - maar ironisch genoeg een aanwijzing kan bieden over wat er gaande is met Parkinson.

Maar eerst dit omgekeerde oorzakelijkheid argument. Heeft melk tot Parkinson geleid of heeft Parkinson tot melk geleid? Wat men nodig heeft zijn prospectieve cohortstudies waar je eerst de melkconsumptie meet en dan de mensen volgt in de toekomst, en zulke studies vonden een aanzienlijk verhoogd risico in verband met zuivel inname. Het risico neemt toe met 17% voor elk klein glas melk per dag en met 13% voor elk half plakje kaas per dag.

Nogmaals, de standaard verklaring is dat het van de pesticiden en andere neurotoxische stoffen in zuivelproducten komt, maar dat verklaart niet waarom er meer risico is verbonden aan sommige zuivelproducten dan aan anderen. Residuen van bestrijdingsmiddelen zijn gevonden in alle zuivelproducten dus waarom zou melk meer geassocieerd worden met Parkinson dan kaas?

Nou, er zijn andere neurotoxische verontreinigingen in melk naast de pesticiden zelf, zoals tetrahydroisochinolinen, gevonden in de hersenen van slachtoffers van de ziekte van Parkinson, maar in hogere niveaus in kaas dan in melk, alhoewel mensen meer melk kunnen drinken dan ze kaas eten.

De relatie tussen zuivel en Huntington lijkt vergelijkbaar. De ziekte van Huntington is een vreselijke degeneratieve ziekte van de hersenen die in families voorkomt, waarvan het vroege begin kan worden verdubbeld door zuivelconsumptie, maar ook hier kan dit meer melk-consumptie zijn dan consumptie van kaas. Dat brengt ons terug naar de aanwijzing in de meer-melk-meer-sterfte studie.

Iedere keer als je hoort dat de ziekte- risico's meer samenhangen met melk dan kaas- meer oxidatieve stress, onsteking- dan moeten we denken aan galactose, de melksuiker in plaats van melkvet, eiwit of pesticiden. Dat is waarom wij denken dat melk drinkers in het bijzonder hogere risico's op botbreuken en de dood leken te hebben, en het kan ook de neurodegeneratieve bevindingen verklaren, aangezien zeldzame individuen. met een onvermogen om galactose, dat wordt aangetroffen in melk, te ontgiften, niet alleen schade lijden aan hun botten, maar ook aan hun hersenen.